Toetsvragen Module 6 Huishouden en wonen

Is de volgende stelling waar of niet waar? 

‘Een ernstige koortslip behandel je met antibiotica.’

Hoe noem je het proces waarbij je zowel ziekmakende micro-organismen als hun sporen doodt?

Je haalt op de fiets boodschappen voor het kraamgezin. Je hebt twee volle fietstassen. Het gezin woont in een portiekwoning met een trap. Wat mag één fietstas maximaal wegen als je deze naar boven tilt?

Je gebruikt een schoonmaakmiddel bij een kraamgezin, dat je niet kent. Op het etiket zie je het onderstaande symbool staan. Wat betekent dit?

Welke van de onderstaande huishoudelijke taken behoort in het Basispakket kraamzorg?

De 3-jarige Jasmijn heeft een broertje gekregen. Welke van de onderstaande activiteiten onderneem je in het kader van de integratie van het kind in het gezin?

Welke van de onderstaande uitspraken over Hepatitis B is correct?

Waarom heeft de baby soms zogenaamde ‘regeldagen’? 

Welk aan borstvoeding gerelateerd probleem doet zich altijd voor bij de kraamvrouw?

De kraamvrouw slikt tijdelijk medicatie die gevaarlijk is voor de baby. Zij besluit om te kolven. Kan zij vervolgens later weer borstvoeding geven?